De Hoofdloze Weg

Douglas Harding

(Geschreven in de jaren zeventig)

De voorbije dertig jaar heeft een waarlijk eigentijdse en Westerse manier om ‘je ware Natuur te zien’ of ‘Verlichting’ zich ontwikkeld. In wezen is hij hetzelfde als Zen, Soefisme en andere spirituele disciplines, maar deze weg gaat ongewoon praktisch te werk. Hij beweert dat de moderne man eerder geneigd is te zien Wie hij werkelijk is door een minuut actief experimenteren dan door jaren van lectuur, bijwonen van lezingen, nadenken, rituelen observeren en passieve meditatie van de klassieke soort. In plaats daarvan gebruikt hij een gamma van eenvoudige, non-verbale tests die de feiten onderzoeken en allemaal de vraag stellen: ‘hoe zie ik er uit voor mezelf?’ Ze brengen mijn aandacht naar mijn blinde vlek: naar de ruimte die ik inneem, naar wat gegeven is precies hier in het Centrum van mijn universum, naar hoe het is om eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd te zijn.

Vijf fasen van ontwikkeling worden onderscheiden:

  • Zoals elk dier is de pasgeboren baby voor zichzelf niet-iets, zonder gezicht en vrij, onafgescheiden van de wereld, eerste persoon zonder het te weten.
  • Het jonge kind wordt zich kortstondig en met tussenpozen bewust van zichzelf-zoals-hij-is-voor-zichzelf. Hij zal zijn moeder misschien vragen waarom zij een hoofd heeft en hij niet, of protesteren dat hij geen jongen is (hij is helemaal zo niet!) of zelfs verkondigen dat hij niets is, niet aanwezig, onzichtbaar. Toch wordt hij zich meer en meer bewust van zichzelf-zoals-hij-is-voor-anderen: een heel menselijke en bijzondere derde persoon, compleet met hoofd en gezicht. Beide versies van hemzelf zijn waar en nodig.
  • Maar naarmate het kind opgroeit begint zijn aangeleerde versie van hemzelf-van-buiten-gezien zijn aangeboren versie van hemzelf-van-binnen-gezien te overschaduwen en uiteindelijk uit te wissen. Hij groeit in feite neer. Eerst bevatte hij zijn wereld; nu bevat die hem - wat er rest van hem. Hij is slachtoffer van de universele oplichterij van de volwassenen en is niet langer eerste persoon. Omdat hij gekrompen is van het Geheel zijn naar dit verwerpelijke deeltje zijn, wordt hij hebzuchtig, hatelijk, bang en verward. Hebzuchtig omdat hij tegen elke prijs tracht een beetje terug te winnen van zijn verloren rijk. Hatelijk omdat hij zich wreekt op de samenleving die hem wreedaardig gereduceerd heeft. Bang omdat hij zichzelf ziet als niet meer dan een ding tegenover alle andere dingen. Verward omdat hij zich verbeeldt (tegen alle bewijzen in) dat hij op 0 meter is wat hij lijkt te zijn op 1,5 meter: een massieve, ondoorzichtige, gekleurde, afgelijnde klomp materie.
  • Zijn remedie is om een frisse blik te werpen op zichzelf-zoals-hij-is-voor-zichzelf en te ontdekken Wie hij werkelijk is. Uit de vele aanbevolen wegwijzers naar deze Zelfrealisatie (waarvan sommige andere zintuigen dan het zicht gebruiken) zijn de volgende typische voorbeelden. Waarschuwing: het baat niets om er enkel over te lezen; je moet deze eenvoudige experimenten echt uitvoeren, voor jezelf.
  • Naar hier wijzen. Wijs naar de voeten van je vriend, dan naar de jouwe. Naar zijn benen, dan naar de jouwe. Naar zijn romp, dan naar de jouwe. Naar zijn hoofd, dan naar …. Naar wat wijst jouw vinger nu, als je vertrouwt op wat gegeven is?
  • Het ene oog. Kijk jij, in je eigen ervaring op dit moment, uit twee kleine gaatjes in een soort vleesbal? Zo ja, hoe is het dan daarbinnen: donker, bedompt, volgestouwd, klein? Zet langzaam een bril op en merk op hoe die twee kleine ‘venstertjes’ één groot ‘venster’ worden, onbevlekt proper en met niemand die erdoor naar buiten kijkt.
  • Geen-gezicht opzetten. Snij een gat met de afmetingen van een hoofd uit een kaart. Hou de kaart op armlengte en merk de rand van het gat op. Zie hoe deze verdwijnt in jouw grenzeloosheid als je de kaart dichterbij brengt en opzet – op je hoofd?
  • De papieren zak. Neem een gewone zak, bij voorkeur een witte, van ongeveer 30 cm in het vierkant en snij de bodem er af. Steek jouw gezicht in het ene eind terwijl je vriend zijn gezicht in het andere eind steekt. Hoeveel gezichten vind je in de zak? Als je je geheugen en verbeelding opzij zet, ben je dan gezicht tegenover gezicht of gezicht tegenover geen-gezicht?
  • In het lichaam? Probeer door te strelen en te knijpen en te bekloppen hier op je schouders het soort ding op te bouwen dat je daarginds ziet op de schouders van je vriend. Probeer er nu in door te dringen en beschrijf zijn inhoud. Ben je niet nog altijd buitenhuis, zo vrij als altijd? Kijk naar je hand. Ben jij er in of is zij in jou?
  • Spiegel. Merk op waar je je gezicht bewaart: daarginds in de spiegel, daar waar je vriend het ontvangt (en dienovereenkomstig je er alles over kan vertellen), daar waar hij zijn camera houdt (die het dienovereenkomstig in al zijn details kan vastleggen).
  • De ui pellen. Laat je vriend jouw gezichtloze leegheid (op 0 meter) controleren door je te naderen met zijn camera (een zoekgaatje in een blad papier volstaat). Hij begint op een punt (zowat 1,5 meter ver) waar hij vaststelt dat jij een mens bent, komt dan dichterbij tot waar (op ongeveer 1 meter) hij een torso vindt, dan een hoofd, dan een oog, dan enkel een vlek. Als hij geschikte instrumenten heeft, stelt hij vast dat de vlek een oogwimper is, dan een cel, dan deeltjes in afnemende grootte. En tenslotte een praktisch lege ruimte – zonder kenmerken, transparant, kleurloos. Hoe dichter hij je nadert hoe dichter hij jouw eigen zicht van jezelf als helemaal Niet-iets nadert.
  • Door zulke oefeningen met aandacht uit te voeren heb je in werkelijkheid gezien hoe het is om eerste persoon enkelvoud te zijn – het Niet-iets dat zich desondanks scherp bewust is van Zichzelf als de Houder of Basis van de hele vertoning. Dit zien is geloven. Het is helemaal onmystiek (in de gewone zin van het woord), maar een precieze, volledige, alles-of-niets ervaring die geen gradaties toelaat, zolang het duurt. Jouw taak is nu om verder te gaan met je Afwezigheid/Aanwezigheid te zien in alle omstandigheden, tot het zien heel natuurlijk en continu wordt. Dit is noch jezelf verliezen in je Leegheid, noch in wat haar vult, maar tegelijkertijd het iets zien waar je naar kijkt en het Niet-iets van waaruit je kijkt. Je zult geen moment vinden waarin deze twee-richtingsaandacht misplaatst is of veilig achterwege gelaten kan worden.

Het eerste zien in je Natuur is de eenvoud zelf: eens opgemerkt is Niets zo duidelijk! Maar het is alleen werkzaam in de mate dat het beoefend wordt. De resultaten – vrijheid van hebzucht en haat en angst en verwarring – zijn enkel verzekerd omdat de Ene aan wie ze toebehoren niet over het hoofd gezien wordt.


Headless on Youtube
Full book catalogue
Headless on Instagram

Click here for Headless Podcasts
Click here for workshops with Richard Lang


Click here for information on online hangouts
Click here for an app to connect with Headless friends
Click here fora free e-course
Click here for our online shop
Click here to get the free Headless iPhone app
Click here for downloadable videos of Douglas Harding
Click here for the Latest News
Click here to Donate